De laatste jaren wordt er meer en meer gediagnosticeerd. Diagnoses als ADHD, autisme en aanverwante stoornissen worden in toenemende mate gesteld.
In mijn praktijk voor Integratieve kindertherapie werk ik met kinderen vanaf 4 jaar. Ook in mijn cliëntenpopulatie nemen de aanmeldingen van kinderen met een diagnose toe, evenals kinderen bij wie vermoedens zijn van een onderliggende stoornis. Ik hoor ouders vaak zeggen dat ze hebben/willen laten onderzoeken, omdat ze denken dat de medicatie die aan deze kinderen vaak wordt voorgeschreven de oplossing zal zijn voor bijvoorbeeld de concentratieproblemen van hun kind. Ik kan het hen niet kwalijk nemen, zo wordt het in deze maatschappij ook vaak gepresenteerd en geadviseerd. Daarbij wordt echter alvast voor het kind bepaald wat zijn probleem is en op die ene oplossing, in dit voorbeeld dus medicatie, ingezet. Het kind, de persoon, doe je hiermee mijns inziens geen recht.
Kenmerk van ADHD of op de vlucht voor nare gevoelens?
Ik denk dat ouders voorzichtig moeten zijn in het laten stellen van een diagnose als ADHD. Wat lijkt op kenmerken van ADHD kan namelijk ook op iets anders duiden. De symptomen worden dan veroorzaakt door een “op de vlucht zijn” voor nare, onderliggende gevoelens. Gevoelens die onprettig zijn en die voelbaar worden zodra het kind geen afleiding heeft. Deze kinderen zoeken zelf hun afleiding wel als er van buitenaf even geen prikkels komen. Hierdoor zijn concentratieproblemen zichtbaar of fysieke onrust. Ook komen deze kinderen soms moeilijk tot spel en “hoppen” dan van het ene speelgoed naar het andere zonder ergens echt mee te spelen.
Een kind wat geen rust kan vinden komt ook niet tot reflectie van zijn eigen gedrag. Hierdoor hebben deze kinderen dikwijls aanvaringen met anderen en lijken zij niet of amper te leren van hun aanvaringen. Het kan het zich ook niet veroorloven, want wat het uit impulsiviteit heeft gedaan is moeilijk om verantwoordelijk voor gehouden te worden. Dat maakt het voor deze kinderen vaak lastig om te leren van fouten, met name als het gaat om sociaal gedrag.
Het leren omgaan met nare gevoelens, wat kinderen in de sessies kunnen leren, heeft vaak tot gevolg dat ze geen reden meer hebben om te vluchten. Hierdoor verminderen concentratieproblemen, overbeweeglijkheid en zijn kinderen beter in staat hun gedrag zelf bij te sturen. Hun innerlijke stem is voor hen weer hoorbaar.
In mijn aanpak bij het werken met deze kinderen ben ik niet anders dan bij kinderen zonder diagnose. Ouders formuleren in een intakegesprek een aanmeldingsklacht. Ze stellen vast waar zij met hun kind tegenaan lopen. Bij ADHD zijn dat veelal zaken als: concentratieproblemen, druk gedrag, impulsiviteit, boze buien en conflicten. Daarna volgen een individuele sessies met het kind, waarbij na iedere vijf sessies een terugkoppeling is met de ouders. Aan het kind vraag ik ook weer waar het tegenaan loopt in zijn leven. Een hele hoop kinderen kunnen dit zelf uitstekend verwoorden. Dat heet de ingangsklacht. Deze klinkt soms hetzelfde als de aanmeldingsklacht, maar even zo vaak verwoord het kind het anders, waarbij het uiteindelijk wel een raakvlak heeft met de verwoording van de ouders.
De ingangsklacht is het vertrekpunt van de therapie, de aanmeldingsklacht houd ik in mijn achterhoofd. De reden hiervoor is dat kinderen, maar volwassenen natuurlijk ook, alleen veranderingsbereid zijn ten aanzien van iets waar zij zélf last van hebben. Hun eigen motivatie om iets bij zichzelf aan te pakken is essentieel om ook iets bij het kind te zien veranderen. Zodra een kind merkt dat het zijn eigen probleem heeft weten te overwinnen neemt zijn zelfvertrouwen toe en is het klaar om het eventuele volgende leerpunt bij zichzelf aan te pakken. Dat komt dan vanzelf aan de oppervlakte te liggen. De duur van de therapie hangt van allerlei factoren af: de mate van gemotiveerdheid van het kind, de snelheid waarmee het zich durft open te stellen, de uitdrukkingswijze en uitdrukkingsvaardigheden van een kind. Het is aan mij en de ouders om de condities hiervoor zo gunstig mogelijk te maken.
Omdat de ingangsklacht eigenlijk altijd is verweven met de aanmeldingsklacht, het probleem wat de ouders geformuleerd hebben, zie je in het gehele beeld van ADHD vaak wel verandering. Bij een groep kinderen veranderd het beeld dusdanig dat er van ADHD geen sprake meer is. Hadden de ouders het kind laten onderzoeken voor de behandeling, dan had het kind ten onrechte een diagnose kunnen krijgen.
Ik adviseer ouders om dat eerst uit te sluiten. Vaak verandert het totale beeld als kinderen hiermee hebben leren omgaan. En een eenmaal gestelde diagnose heeft een mens voor het leven!
Comments are closed.